Laat ik me even voorstellen; ik ben een vrouw van 65 jaar en heb een dochter van 38 met een zoontje van 6. Al jaren lang heb ik het vermoeden dat mijn dochter bps heeft. Haar vader en ik zijn gescheiden toen mijn dochter 4 jaar was, achteraf heb ik begrepen dat haar vader ook aan bps leed.
Mijn dochter was een leuke, slimme meid, maar voelde zich wel, bij tijd en wijle, “anders dan anderen” en “leeg”. Op haar 15e ontwikkelde zij anorexia, zij zat toen op het VWO en slaagde, ondanks haar ziekte, met schitterende cijfers. Zij ging studeren, aanvankelijk algemene letteren, toen biologie, ging vervolgens naar de kunstacademie en kwam uiteindelijk weer bij biologie uit, waarin zij is afgestudeerd toen zij 30 was. De anorexia veranderde in boelimia en in haar ergste periode heb ik stad en land met haar afgelopen, op zoek naar hulp, die overigens moeizaam te vinden was. Uiteindelijk verdween de boelimia toen zij 25 was. Hoera, dacht ik, nu kan zij eindelijk gaan leven. Helaas was de hoerastemming maar van korte duur. Stemmingswisselingen, scheldpartijen via de telefoon, jantje lacht, jantje huilt, er was altijd wel wat. Ondanks alles studeerde zij toch af, zoals ik eerder schreef, maar werd kort daarna zwanger van een duikinstructeur, die zij in Egypte had leren kennen. Hij is belg en kwam terug om samen met haar in Brussel te gaan wonen, waar zij beviel van een schitterende zoon.
Waar ik al lang bang voor was gebeurde, de relatie liep spaak en mijn dochter verhuisde met haar zoon terug naar Nederland. Haar zoontje was inmiddels 1 en een half jaar.
Zij kreeg een baan en ik paste 1 x in de week op. Menig keer als ik kwam oppassen werd ik uitgemaakt voor alles wat mooi en lelijk was. Ik kwam altijd op maandagavond omdat ik 2 uur rijden bij haar vandaan woon en paste dan op dinsdag op. Er ging bijna geen maandagavond op een leuke, ontspannen manier voorbij. Zij verloor haar baan en zit sindsdien, nu zo'n 3 jaar thuis. Mijn kleinzoon is inmiddels 6 jaar en gaat naar school. Hij wordt mondiger en daar kan zij dus niet mee omgaan. Ik probeer er zoveel mogelijk voor haar te zijn, maar ik begin mij zorgen te maken over de gezondheid van mijn kleinzoon.“Door hem kan zij niet in het buitenland gaan werken! Geen man wil een relatie met een vrouw met een kind! Hij is lastig en heeft een grote mond!” Vorige week vertelde hij mij, in tranen, dat mama had gezegd dat ie maar bij zijn vader moet gaan wonen en dat zij hem nooit meer wil zien. Om de week gaat hij naar zijn vader, godzijdank. Nu presteert hij nog goed op school, hij schijnt op school ook een engeltje te zijn. Nog wel.
Buro Jeugdzorg inschakelen zie ik niet echt als een optie, omdat ik weinig vertrouwen heb in hun expertise. Wie heeft er een suggestie, hoe kan ik het leven van mijn kleinzoon zo veilig mogelijk maken?